Nico Vink is bij veel mensen bekend van onder andere de befaamde Fest Series, waarvan hij er een organiseert bij onze zuiderburen in Malmedy. Tijdens deze evenementen worden rijders uitgenodigd om een downhill parcours te rijden, met sprongen tot wel 30 meter. Nico, die vroeger ooit begon op een BMX fiets en later door wist te dringen tot de top van de downhill wereld, stapte in 2013 fulltime over op de freeride discipline en kwam zo in 2020 terecht bij het Amerikaanse Transition Bikes Factory team.

Transition is een merk dat bestaat sinds 2001 en waarvan het hoofdkantoor is gevestigd in Bellingham, in de staat Washington. En laat dit nou net een van de meest populaire bikespots ter wereld zijn. Transition fietsen worden gebouwd door rijders en voor rijders. Zoals Nico altijd zegt, iedere werknemer bij Transition kan bijvoorbeeld met gemak de A-line in het Whistler bikepark uitrijden en weet exact waar hij het over heeft als het om mountainbikes gaat.

NORMALE MOUNTAINBIKE
Nico is ook iemand die weet waar hij het over heeft. Hij is al jaren lang een van de meest extreme rijders die men op onze planeet kan vinden. Tegenwoordig verschijnt er steeds meer nieuw talent en zijn er veel meer rijders die dergelijke, waanzinnige sprongen maken. Maar Nico stond lange tijd op een voetstuk, mede ook door zijn mooie en vaak foutloze rijstijl. Maar dit alles wil niet zeggen dat hij niet houdt van een rondje rijden op de ‘normale mountainbike’ in zijn thuisland. Op het gemakje, lekker trappen en wat spelen in de Ardennen. Als ‘diehard 26 inch fan’ was het al heel wat voor Nico dat de downhill fiets die hij van Transition kreeg in 2020, alleen maar werd geleverd met 27,5 inch wielen. Hier is hij echter snel aan gewend geraakt, ondanks zijn zeer sterke liefde voor de ouderwetse, kleine wielmaat. “Het is speelser, die kleine wielen”, zei hij altijd. En menig technisch rijder, of freerider was het hier volledig mee eens. Totdat Transition een Spur naar Nico stuurde. De zogenaamde downcountry bike van het merk, met 29 inch

wielen. Nico zat verlegen om een ‘normale fiets’ in België te rijden en had wel oren naar de Spur met een speelse geometrie en 120mm veerweg voor en achter. Toen hij de eerste meters maakte op zijn oude Spur (ja, Nico heeft er twee) was hij meteen verkocht. En hij merkte nauwelijks iets van de grote wielen. Afgemonteerd met XC banden rolde deze fiets ook nog eens bijzonder goed. Al snel nam Nico de fiets mee naar Spanje en in het La Fenasosa Bikepark rijdt hij er ook de Supercross lijn mee, waar toch sprongen van zo’n 12 tot 14 meter in zitten. Geen centje pijn voor deze veredelde crosscountry machine.

GOOI EN SMIJTFIETS
Ook als Nico endurotrails gaat rijden kiest hij graag voor de Spur. Omdat de fiets zo licht is, rond de 12 kilo, trapt deze fiets toch wat gemakkelijker naar boven dan de gemiddelde endurofiets. Vervolgens naar beneden geeft het een ervaren rijder als Nico wat meer uitdaging om met slechts 120mm af te dalen. Nico heeft er de grootste lol in en door het lage gewicht is het de ultieme ‘gooi en smijt’ fiets. Bijzonder speels en wendbaar.

Nico’s eerste Spur was de oude fiets van team manager Lars Stenberg. Destijds was er niks op voorraad en Lars stuurde zijn eigen frame naar Nico. Het is waarschijnlijk een van de eerste Spur frames. Nico’s tweede Spur komt in de kleur Hazy Grey en hij bouwde deze op met onderdelen van zijn sponsors. Een scala aan Hope Tech onderdelen gemixt met enkele van Nico’s eigen signature onderdelen van Reverse Components sieren het bijna witte frame, wat vervolgens weer prachtig samen gaat met de zwart, gele Ohlins veerelementen. Nico rijdt de Spur met snelle XC banden van Schwalbe en de zwaarste remmen die Hope te bieden heeft, namelijk de Tech 4 V4 downhill versies. Want ja, als je jumps van 14 meter springt met je downcountry fiets heb je wel wat serieuze stopping power nodig. De Spur zou ook voor de Nederlandse flowtrails de ultieme fiets zijn. Het downcountry segment breidt zich lang- zaam uit, maar mede vanwege het lage gewicht van de meeste andere downcountry bikes staat de Spur niet alleen bij Nico, maar ook bij onze redactie erg hoog in het vaandel.